Op weg naar 100 km: Mijn voorbereiding op de Dodentocht
“De Dodentocht heet niet toevallig de Dóóóóóódentocht, hé Sylvie.” De woorden van mijn kinesist galmen nog na in mijn hoofd. Het is geen pleziertocht, maar een fysieke en mentale beproeving van 100 kilometer wandelen binnen de 24 uur. Waarom begin ik hier eigenlijk aan?
Omdat ik nu eenmaal niet vies ben van een uitdaging. Of het nu een vierduizender beklimmen is, 30 km lopen voor Kom Op Tegen Kanker of een nachtwandeling van 42 km — als het buiten mijn comfortzone ligt, ga ik juist aan. En toen mijn buurvrouw en wandelmaatje Birgit het balletje opgooide over de Dodentocht, was ik meteen verkocht. Met een bang hartje weliswaar, want 100 km is niet niks.
Blessures, kinebezoek en het belang van herstel
De voorbereiding begon hobbelig. Tijdens een eerder wandelweekend deden mijn wandelschoenen plots moeilijk en drukten ze op mijn achillespees. Koppig wandelde ik door, maar die beslissing kwam me duur te staan: de pijn bleef aanslepen. Mijn kinesist - streng maar rechtvaardig - legde me meteen op dat ik mijn ambitie even in de koelkast moest steken. Vanaf toen werd het wekelijks kinebezoek én stretchoefeningen na elke wandeling.
Wat ik leerde: luisteren naar je lichaam is net zo belangrijk als trainen. En dat was voor iemand zoals ik, die vooral vooruit wil, een hele opgave…
Stap voor stap: van korte wandelingen tot 35 km
Ondanks de blessure bleef ik kortere wandelingen doen, telkens met een goed gevulde rugzak — soms zelfs met twee liter melk voor extra gewicht. Van 11 km in het fort van Merksem tot 22 km naar Antwerpen en terug. Alles om mijn lichaam langzaam te laten wennen aan de fysieke belasting.
Daarna was het tijd voor een eerste mijlpaal: 35 km. Ik stelde een lus samen via RouteYou. Vertrok van thuis, wandelde door Brasschaat, ‘s Gravenwezel, Schoten en Merksem, en kwam zes uur later voldaan thuis. Mijn jongste zoon keek me verbaasd aan: “Mama, ga je dan nu voor de derde keer in bad sinds we hier wonen?”.
Tijdens deze tocht leerde ik ook het belang van het juiste schoeisel. Mijn bergschoenen waren veel te stug voor vlak terrein. Na dagen pijn wist ik: voor de Dodentocht zijn soepele schoenen een must. Ik kocht daarom een extra paar lichte wandelschoenen van Grisport om af te wisselen, zoals doorgewinterde Dodentocht-wandelaars adviseren.
Mijn eerste 50 km: solo, stil en sterk
Op 14 juni was het zover: mijn allereerste 50 km. Alleen. Goed voorbereid, met zelfgebakken voedzame cake, een uitgekiende route en een gezonde dosis zenuwen. Ik startte in alle vroegte in Ekeren en wandelde via Kapellen, Heide, de Kalmthoutse Heide en de Brabantse Wal — urenlang zag ik niemand. Heerlijk!
De eerste 35 km gingen vlot. Daarna begon de voetzoolpijn. Mijn Grisport-schoenen bleken te licht voor zo’n lange tocht. Maar mentaal zat het goed. Ik surfte op adrenaline, praatte hardop tegen mezelf (oh boy!), luisterde soms een podcast en bleef positief. Na ruim 9 uur stappen, kwam ik thuis aan. 51,8 km gewandeld én... ik had nog over! Geen verzuring, geen uitputting. Een wereld van verschil met die 35 km eerder. Zelfs de dag nadien speelde ik nog twee uur tennis. Dat gaf vertrouwen.
Tips en wijsheden van anderen
Op Instagram deelde ik mijn plannen en kreeg ik veel reacties. Van praktische tips zoals “loop met twee paar schoenen en droge sokken” en “sta vooraan aan de start” tot mentale boosts als “je wandelt dit op karakter”. Ook volgden we met onze wandelgroep een workshop bij een personal trainer over voeding. Daar leerden we dat de Dodentocht al 50 dagen vóór de start begint — met gezond eten, rusten en mentaal voorbereiden.
De beste tip? Denk op voorhand na over wat je mentaal door moeilijke momenten zal helpen. Voor mij: aan mijn kinderen denken, power songs beluisteren en de steunberichten van volgers herlezen. “Komt helemaal goed”, “You go girl”, “Die Dodentocht gaat lukken.”
Gefocust met maar één doel voor ogen: dé finish!
Klaar voor de start
En dan was het eindelijk zover! Van 8 op 9 augustus wandelde ik de Dodentocht én haalde ik na 22,5 uur de finish. Alles deed pijn, maar zo zo blij en voldaan dat het gelukt was! Ondanks de sfeer die fameus teleurstelde, kijk ik met zeer warme en trotse gevoelens terug op deze tocht. Het was meer dan alleen wandelen: het was afzien, afbouwen, opbouwen, vertrouwen op je lichaam én je geest. Ik was zo vastberaden om de finish te halen, er was geen plan B, gewoon gaan!
Nogmaals het bewijs dat wat het lichaam kan, bepaald wordt door wat de geest gelooft.
Op naar de volgende wandeluitdaging!